Ik zit in de trein op weg naar Amsterdam naar een dag die is georganiseerd door het tijdschrift InZicht, een tijdschrift voor non-dualiteit en zelfonderzoek. In de afgelopen jaren heb ik een aantal essays voor dit tijdschrift geschreven en vandaag wordt het 20jarig jubileum gevierd.

Twintig jaar InZicht

Twintig jaar InZicht betekent dat ik Meinhard van de Reep 20 jaar ken. Hij is de drijvende kracht achter het tijdschrift. Ik ontmoette hem, toen uitgever onder de naam Altamira, in een gesprek over mijn eerste manuscript. Ik werd abonnee en heb de ontwikkeling van dat tijdschrift meegemaakt. Het evenement word gehouden in de Amstelkerk, 25 minuten lopen van het Centraal Station.

Het is nog fris als ik het station uitloop. Een koude wind waait over het water dat het stationsplein omsluit en de zon is nog wat bleekjes, maar het belooft een warme dag te worden. Ik voeg mij tussen de vele wandelaars met rolkoffers, rugzakken, handtassen, broodjes in hun hand, een bekertje koffie, vang flarden van hun gesprekken op.

Non-dualiteit, daar zal het vandaag over gaan.

Non-dualiteit, daar zal het vandaag over gaan. Hoeveel mensen die hier lopen, vraag ik mij af, zullen daar in geïnteresseerd zijn? Weinig vermoed ik. En direct betrap ik er mezelf op dat ik me beter voel dan al die anderen die hier met mij lopen. Beter want minder consument, beter want bewuster bezig met de betekenis van het leven. Oef!

Bij de kerk aangekomen staat er al een hele rij mensen op het zonovergoten troittoir. Als auteur die soms een stukje schrijft voor dit blad, is deze dag me aangeboden. De kerk zit al behoorlijk vol maar ik vind een plekje vooraan aan de zijkant, mijn favoriete plek bij dit soort evenementen, en maak kennis met mijn buurvrouw.

Aankomen

Karin Visser, de huidige hoofdredacteur, opent de bijeenkomst, heet ons welkom en nodigt ons uit iets te delen wat ons opviel onderweg hierheen, een inzicht. Ik deel mijn ontdekking van die ochtend en hoor herkenning van mijn beide buurvrouwen.
Dan brengt Karin onze aandacht naar de plek waar we zijn, de kerk, een mooi gebouw. Ze memoreert haar geschiedenis.

soekja-img-1641-tmb-1400-nc

Een plek waar religie werd gevierd met God boven ons allen en waar we nu ons herinneren aan het Stilte en Ruimte, het 'Goddelijke' in onszelf. Ze noemt de namen van hen die betrokken waren bij InZicht, waaronder Han van den Boogaard, eerder hoofdredacteur.

Geen stem

De eerste spreker, Paul Smit, was op het allerlaatste moment zijn stem kwijt. Stilte, we hadden ook met stilte kunnen beginnen, met hier aankomen op deze plek. Met een meditatie.
Zijn collega Arno Folkerts vervangt hem. Hij vertelt ons over de kracht van het onderbewuste dat veel sneller is dan ons bewuste brein, dat door de stress vaak op slot staat en hoe we, als we verandering willen, daarmee rekening moeten houden. Video’s zetten zijn woorden kracht bij.

Ik Ben

Dan gaat de lessenaar gaat weg, een stoel wordt vooraan op het podium gezet, Unmani, een vaste columnist in het tijdschrift Inzicht, neemt plaats en rust daalt neer als ze daar zit, rondkijkt, haar ogen voor een moment sluit.
Ze spreekt over hoe de inspanning om ergens te komen, ons uitput. Maar we zijn er al, zijn al hier, in dit moment. ‘Awareness of all states is appearing in the I am’.
Het dikke boek van Shri Nisargadatta Maharai: ‘I am That’ staat in Nederlandse vertaling in mijn boekenkast, ik kreeg het van Meinhard 20 jaar geleden. Ik heb het nooit kunnen lezen, maar langs een ander pad ben ik de waarheid van deze staat van Zijn toch gaan ervaren. En ik ben het volmonding met Unmani eens als ze zegt dat het spirituele pad boeiend is in zichzelf.

In de lunchpauze zijn er broodjes met soep. Groepjes bezoekers staan buiten in de zon, praten en wisselen uit. Een ontspannen sfeer.

Vieren?

Voor Mieke Berger die de middag inluidt, zijn jubileum en vieren alleen nog maar meer woorden. En van woorden houdt ze niet zo. Hoewel, vieren is een woord dat voor haar verbonden is met een touw dat je kunt laten vieren. Dan zak je langzaam naar beneden, raak je los van je denken en kom je in contact met je diepere Zijn.
Ze vertelt over het ontstaan van het tijdschrift dat ze zelf meemaakte. Van een op A4 papier geprint blaadje, uitgegeven door Raf Pype uit Roeselaere onder naam Zien, werd het in mei 1999 een echt blad. Meinhard met zijn ‘fijne neus’ wist wat hij met het tijdschrift wilde. Maar van feesten houdt Mieke niet zo.

Leegte

Een groter contrast tussen haar stijl en die van Richard Lang is wellicht niet mogelijk. Hij lacht al voordat hij begint, zijn hele lijf is aan het genieten en de experimenten die hij met ons doet, laten ons ervaren wat leegte is. Nooit heb ik zoveel humor gezien bij non-duale leraren. Hij begint met het gegeven dat wij ons eigen gezicht niet kunnen zien, maar wel het gezicht van de ander.
Vreemd genoeg was dat iets dat me een week eerder nog bezighield op een bijeenkomst met enkele van mijn vrienden, maatjes op mijn spirituele pad: ‘Ik kan jullie gezichten zien, ik kan zien hoe jullie overkomen, maar ik weet dat niet van mezelf’. Voor Richard is dat geen probleem. Zijn gezicht wordt simpelweg vervangen door de 200 gezichten die hij tegenover zich ziet. Ze zijn allemaal in hem.

De ander is in ons

Hij laat ons de ruimte innemen als een ‘ik’ dat in de ruimte is en laat ons vervolgens ervaren hoe de ruimte ook in ons is. En hij laat ons zien dat afstand niet bestaat met behulp van een plastic waterflesje. Eerst houdt hij het in de breedte voor zich, dan verandert hij de positie door het horizontaal om zijn as te draaien. Het flesje wijst nu als een punt naar het publiek. Zie je, afstand is een punt. Het zijn geweldige manieren om non-dualiteit aan te duiden en ik geniet. Het is licht, vrolijk, simpel.

Leeftijdloos

Jan van den Oever sluit de rij van sprekers. Zittend in een stoel midden op het podium, microfoon in de hand, vertelt hij dat deze zaal vol zit met jongens en meisjes. Hij neemt een loopje met de tijd. ‘Niemand weet zijn of haar leeftijd’. En het is waar, ik voel mij vaak volkomen leeftijdloos.
Het lichaam verandert en met name als het lichaam het niet doet, als er pijn is, verschijnt het in het bewustzijn. Een gepassioneerde spreker die ons inprent dat we niet moeten vergeten dat we leeftijdloos en dus ook tijdloos zijn, ook niet als we de naar huis gaan.

Identiteitsloos?

Ik voel me open en tijdloos als ik tussen de boeken op de boekentafel er twee uitvis die ik wil kopen. Mijn identiteit komt terug als ik een rekening vraag voor de boeken die ik kocht. Als ik mijn voornaam heb gezegd, weet de jonge man die mijn e-mail adres intikt in zijn apparaat, direct mijn achternaam. ‘Jij bent auteur he?’
Ik heb hem nooit ontmoet, hij blijkt een zoon van Meinhard.
Er zijn hier meer zonen van hem. Zijn hele gezin blijkt betrokken bij Meinhard’s werk. Zo gaat dat. Zijn vrouw, door Mieke Berger voorgesteld als de onzichtbare kracht achter het tijdschrift, spreekt Meinhard toe aan het einde van het evenement. Ze vertelt over zijn leven in het gezin, de vijf kinderen en kleinkinderen, over zijn bijen en zijn passies, feliciteert hem en overhandigt hem een boeket.

Ze had al eerder een boeket overhandigd, aan Justus Kramer Schippers voor zijn nieuwe boek dat net verschenen is: ‘Wie denk je dat je bent’. Een zin die de dag mooi samenvat.

Wie denk je dat je bent

Als ik de stad weer inloop over zonovergoten straten, langs mensen in groepjes op hun stoep bij de voordeur, langs borrelende en etende mensen op terrassen, overvalt me dat bekende gevoel van leegte, leegte als gemis. Dan wordt de leegte ruimte en grenzeloosheid. Ik ben gewaarzijn dat geraakt wordt door de ongelooflijke variatie aan mensen die in mijn visuele beeld verschijnen en vervolgens achter mijn rug verdwijnen, of omgekeerd achter mijn rug tevoorschijn komen om voor mij te verdwijnen om op te gaan in de vele anderen. Een zonovergoten Amsterdam op zaterdagmiddag.

soekja-img-1653-tmb-1400-nc

Ik ga mensen uit de weg die op hun telefoon lopen te kijken en mij niet zien, knik naar een enkeling wier ogen ik ontmoet, voel de druk van mijn voeten in mijn sandalen en hoe de stof van mijn broek die langs mijn blote benen schuift bij elke stap. Stel me voor dat ze allemaal in mij zijn, maar ik ben hier niet. Ik ben los van deze verschijningen en maak tegelijkertijd deel uit van dit verbijsterende schouwspel dat alsmaar voortduurt. Geen gedachten, geen oordelen, niets….

Tot ik bij het naderen van het station op mijn telefoon opzoek hoe laat mijn eerstvolgende trein gaat en dan zonder te kijken het fietspad op wil lopen. Nog net op tijd vangt mijn blik de aankomende fietser op. Soms is het belangrijk om te weten dat je ook een entiteit bent.

© Lenie van Schie, 27 september 2019

Geplaatst op - lees tijd 7 minutes, 23 seconds.